
Iedereen heeft wel eens van de Matthäus-Passion gehoord. Veel mensen weten dat dat een meesterwerk van de componist Johann Sebastian Bach (1685-1750) is. Veel minder mensen weten echter dat Bach ook nog honderden cantates heeft gemaakt. Twee honderd daarvan zijn bewaard gebleven. Ze zijn aanzienlijk orter dan de Mattheus passie, maar van eveneens ongeëvenaarde schoonheid. Af en toe zijn ze te horen op het concertpodium. Maar daar maakte Johann Sebastian ze niet voor! Verreweg de meeste cantates maakte hij als muzikale preek tijdens de kerkdienst. En dat weet bijna niemand. Een goed ingebedde cantate geeft een bijzondere extra dimensie aan een kerkdienst. Een hedendaagse kerkdienst die rond zo’n cantate is vormgegeven, noemen we een cantatedienst.
In de tijd van Bach werd de cantate in de regel uitgevoerd direct na de evangelielezing. Door deze plaats in de liturgie kreeg de cantate de functie van een soort van muzikale preek: een eerste reactie op de lezingen die daarvoor hadden geklonken. Daarna hield de dominee zijn preek.
Al op jonge leeftijd was Bach begonnen met het schrijven van cantates, vanaf het moment dat hij organist was in Arnstadt. Achttien was hij nog maar toen hij daarmee begon. Daar in Arnstadt zijn de eerste cantates ontstaan; daarna volgden enkele tientallen in Weimar en Köthen. Maar de meeste zijn geboren in Leipzig waar Bach in 1723 werd aangesteld als cantor van de Thomasschule en eindverantwoordelijke was voor de muziek in de vier belangrijkste kerken van Leipzig. Vooral de eerste jaren daar was hij onvoorstelbaar productief. De kerkdiensten werden in die tijd gekleurd vanuit een bepaald leesrooster. Elke zondag had zijn eigen vaste lezingen. Jaar in jaar uit. En elke zondag klonk er in de dienst een cantate. Welnu, Bach had zich ten doel gesteld om hiervoor een kleine verzameling aan te leggen. De lezingen stonden vast, maar wat de cantates betreft – vond Bach – moest er iets te kiezen zijn. Ook de dominee ging per slot van rekening niet elk jaar met dezelfde preek de preekstoel op, al zal hij vast wel eens in herhalingen gevallen zijn.
In ieder geval streefde Bach ernaar om voor elke zondag de keus te kunnen hebben uit vijf verschillende cantates. Daar heeft hij, vooral dus in Leipzig, uit alle macht aan gewerkt om dat voor elkaar te krijgen. En dat is hem gelukt. Na zijn dood werd van hem gezegd dat hij vijf jaargangen cantates nagelaten had. Ze zijn niet allemaal bewaard gebleven, maar toch wel zo’n tweehonderd. Tenminste drie voor elke zondag.
Op 7 december wordt cantate BWV 36 uitgevoerd, Schwingt freudig euch empor. De thematiek hiervan gaat over de vreugdevolle verwachting van de komst van Christus, met name tijdens de advent Het is een prachtige invulling van deze tweede zondag van de advent dus. Uitvoerenden zijn Florilegium Musicum, een professioneel barokorkest dat gespecialiseerd is in authentieke, historische instrumenten en het Frysk Bach Ensemble dat zich kenmerkt als een uiterst competent koor met ruime ervaring. Deze cantatedienst wordt gegarandeerd een indrukwekkende gebeurtenis. Plaats van handeling is Trinitas in Heerenveen. Aanvang: 15.30 uur. Het geheel staat onder leiding van dirigent Gerben van der Veen. Organist is Fedde Tuinstra en er wordt gezongen door Welmoed van der Molen, sopraan en Karel Stegeman, bas. Voorganger is Nel van den Briel. De toegang is vrij. Er is een collecte bij de uitgang.